HET NIEUWE PENSIOEN
DOE EN DENK MEE MET FNV BIJ ABP
Tekst Ronald de Kreij Beeld Doon van de Ven

Willeke te Velthuis: ‘We weten nog niet wat dit voor iedereen individueel gaat betekenen.’
Met de inwerkingtreding van de nieuwe Wet toekomst pensioenen (Wtp) per 1 juli jongstleden gaat er de komende tijd veel veranderen voor alle pensioenregelingen in Nederland. Oók die van het ABP. Onbekend is nog altijd wat de gevolgen op individueel niveau precies zullen zijn, maar dat is geen reden om af te wachten. ‘Doe daarom mee via de FNV’, is het advies van Willeke te Velthuis.
Willeke te Velthuis is beleidsadviseur bij HVC Energie en Hergebruik. Eerder werkte ze bij Achmea, waar ze uit hoofde van haar functie veel in aanraking kwam met pensioenregelingen. ‘Die kennis gebruik ik nu in het Verantwoordingsorgaan van het ABP, waar ik als FNV-kaderlid in vertegenwoordigd ben. Leuke en interessante materie, maar ook heel complex en daardoor lastig uit te leggen.’
Dit laatste vragen we haar tóch te doen. Er staan immers grote veranderingen op stapel en pensioen is voor velen een belangrijk onderwerp. Zeker nu de politiek vóór het zomerreces heeft ingestemd met de Wet toekomst pensioenen (Wtp). Hierdoor moeten op korte termijn belangrijke keuzes gemaakt worden. Daar wil de FNV de leden nauw bij betrekken. Of zoals Willeke zegt: ‘Het Verantwoordingsorgaan vertegenwoordigt de belangen van de deelnemers in het ABP en adviseert het bestuur over beleid, ook over de nieuwe pensioenregeling. Dus roep ik iedereen die geïnteresseerd is in dit onderwerp op: laat van je horen! En nodig ook anderen uit om dit te doen.’
Grootste pensioenfonds van Nederland
Het ABP is het grootste pensioenfonds van Nederland en heeft 3,1 miljoen actieve deelnemers die werken of gewerkt hebben bij de overheid zoals ministeries, gemeenten, provincies, waterschappen, stadsvervoer, onderwijs, politie of defensie en andere sectoren die (semi-)overheidstaken uitvoeren. Voor al deze mensen gaat er dus iets veranderen als gevolg van de Wtp. Die wet bepaalt dat alle pensioenfondsen uiterlijk 1 januari 2028 de overstap moeten maken naar het nieuwe pensioenstelsel, maar het ABP wil dit al op 1 januari 2027 realiseren.
Willeke: ‘Wat we nu weten is dat de pensioenregeling verandert van een uitkeringsregeling naar een regeling waarin iedere deelnemer een individueel pensioenvermogen krijgt. Belangrijk is dat iedere generatie mag rekenen op een koopkrachtig pensioen. Solidariteit blijft belangrijk. Reeds opgebouwde rechten worden overgedragen naar dit individuele pensioenvermogen. Aangezien het hierbij gaat om een overgang die groots en ingewikkeld is, weten wij nu nog niet wat dit voor iedereen individueel gaat betekenen. Ook daarom is het van belang dat mensen die een ABP-pensioen hebben op de hoogte zijn van de wijzigingen die komen.’
Wat betekent dit voor mij?
De eerste vraag die vrijwel zeker iedereen als eerste zal stellen is: wat betekenen de veranderingen voor de hoogte van mijn pensioen? Die vraag is logisch, vindt Willeke, maar een eenduidig antwoord durf ze niet te geven. ‘Het streven is dat niemand erop achteruitgaat. En de verwachting is ook dat dit zal gaan lukken. Belangrijk is voorts dat we een solidair stelsel behouden. Het mag niet zo zijn dat gepensioneerden straks meer pensioen ontvangen dan mensen die nog maar net begonnen zijn met pensioen opbouwen of andersom. Iedere deelnemer krijgt in de nieuwe pensioenregeling een eigen pensioenspaarpotje dat meebeweegt met de economie. Maar er komt ook zogenoemde solidariteitsreserve. Die kan worden ingezet in geval van bijvoorbeeld een slecht beleggingsjaar of als de levensverwachting verandert. Zo worden zo veel als mogelijk schommelingen opgevangen die anders zouden leiden tot fluctuaties in individuele pensioenuitkeringen.’
Belangrijke keuze: invaren of niet
De FNV overlegt in de Pensioenkamer samen met andere werknemers- en werkgeversorganisaties over de pensioenregeling van het ABP. Op dit moment staan deze partijen naast een beslissing over de juiste regeling voor nog een andere belangrijke keuze: hoe om te gaan met de bestaande en opgebouwde pensioenaanspraken en rechten van de deelnemers? De keuze is, anders gezegd: wel of niet “invaren”?
‘Invaren betekent dat de huidige persoonlijke aanspraken ondergebracht worden in de nieuwe pensioenregeling’, legt Willeke uit. ‘Het is de taak van het Verantwoordingsorgaan, waar ik dus zelf ook in zit, om nauwgezet alle ontwikkelingen rondom de nieuwe pensioenregeling, waaronder invaren van de oude rechten in de nieuwe pensioenregeling te volgen en het bestuur van het ABP te adviseren. Uiteindelijk moet er op inhoudelijke gronden en in het belang van de deelnemers en de FNV-achterban een goed besluit genomen worden. En daarom is dus zo belangrijk dat de FNV-leden betrokken blijven.’
Wees en blijf betrokken
Op dit moment werken de sociale partners en het ABP-bestuur aan de overgang naar het nieuwe pensioenstelsel. De verwachting is dat het conceptontwerp van de nieuwe regeling inclusief overgangsbepalingen in de loop van volgend jaar beschikbaar komt. De voorlichting over tussentijdse resultaten en de bijbehorende achterbanraadplegingen zullen naar verwachting omstreeks april en mei 2024 plaatsvinden.
Wil je ook betrokken zijn en blijven? Volg dan onze websites www.fnv.nl/goedpensioen en Transitie nieuwe pensioenregelingen ABP - FNV. Op deze sites houdt de bond je op de hoogte van alle veranderingen en word je meegenomen in alle belangrijke besluiten en stappen tot 1 januari 2027. januari 2027. Op de site www.fnv.nl/vo-abp vind je informatie over onze fractie in het verantwoordingsorgaan van ABP.
Heb je na het lezen van de informatie nog algemene vragen of wil je iets kwijt? Meld je dan bij ons Contactcenter. Raadpleeg zelf www.mijnpensioenoverzicht.nl waar je inzicht kunt krijgen in het pensioen dat je al opgebouwd hebt en het verwachte pensioenbedrag na pensionering. Inclusief de AOW-uitkering waar iedereen die in Nederland gewoond heeft, recht op heeft. Het ABP geeft ook informatie over het nieuwe pensioenstelsel. Het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) heeft een publiekswebsite.
‘ALS WE NIET KIEZEN VOOR INVAREN, KRIJGT HET ABP ER FEITELIJK EEN TWEEDE PENSIOENREGELING BIJ’
Korte les over het nieuwe pensioen
Het huidige pensioenstelsel komt uit de jaren ’50 van de vorige eeuw. In de meeste gezinnen was de man de kostwinner en bleef hij 40 jaar bij dezelfde werkgever in dienst werken. Er is sindsdien veel veranderd. De opbouw van de bevolking, de economie en de arbeidsmarkt zijn anders dan vroeger. Mensen werken niet meer hun hele leven bij één werkgever. Ze veranderen vaker van baan of werken een tijdje voor zichzelf. Mensen worden ook steeds ouder en genieten dus langer van hun pensioen. Het is belangrijk dat het pensioenstelsel daarmee rekening houdt. Daarom heeft het kabinet samen met werknemers- en werkgeversorganisaties een pensioenakkoord gesloten. Daarin staan nieuwe afspraken over pensioenen en de AOW-uitkering. Het vernieuwde pensioenstelsel moet uiterlijk ingaan op 1 januari 2028 voor alle Nederlanders.
De huidige pensioenregeling van het ABP is een uitkeringsregeling. In zo’n regeling zijn afspraken gemaakt over de hoogte die jouw pensioen kan bereiken. De financiële gezondheid van het pensioenfonds (de dekkingsgraad) bepaalt daarbij of de pensioenen worden verhoogd (indexering) of verlaagd. Om de pensioenen waar te kunnen maken, moeten pensioenfondsen nu veel reserves in kas houden. Dit zorgde er de afgelopen jaren voor dat de pensioenen niet konden meegroeien met de stijgende prijzen. Ook werden de pensioenen in 2011 zelfs verlaagd, wat natuurlijk zeer onwenselijk en onrechtvaardig was.
Straks stapt het ABP net als alle pensioenfondsen, over naar een zogenaamde premieregeling. Daarin zijn afspraken gemaakt over de hoogte van de premie, niet over de hoogte van de pensioenen. De hoogte van je toekomstige pensioen hangt directer af van de resultaten van de beleggingen dan nu het geval is. Het is dan duidelijker dat pensioenfondsen geen garanties kunnen geven over de hoogte van het uiteindelijke pensioen. De verwachting is echter dat dit voor iedereen een beter pensioen oplevert, omdat pensioenfondsen minder reserves in kas hoeven te houden.
Vanaf 2028 bestaan er dus alleen nog maar premieregelingen. Werknemers- en werkgeversorganisaties in de sector Overheid zijn met het pensioenfonds gezamenlijk verantwoordelijk voor de pensioenregeling van het ABP. Dus deze organisaties moeten goed nadenken over de keuzes die ze maken en daarbij hun achterban goed informeren. De onderhandeling en besluitvorming vindt plaats in de Pensioenkamer ABP. Die bestaat uit vertegenwoordigers van werknemers- en werkgeversverenigingen en het bestuur van ABP. De FNV heeft, samen met de aangesloten vakbonden drie zetels en wordt vertegenwoordigd door een bestuurder van FNV-Overheid en een bestuurder en jurist van de Algemene Onderwijsbond (AOb).